Taalbarrière

Geplaatst op - 2 mei 2018

Het was één van de meest gestelde vragen voor vertrek en ook nu ik hier ben, wordt het steeds opgemerkt. Spreek je wel Italiaans dan? En het antwoord daarop is, helaas, nee. Ik wist dat het best lastig zou gaan worden, vooral omdat ik het juist heel fijn vind om echt met de mensen te kunnen communiceren. Mijn stagebegeleider in Nederland had mij er echter van verzekerd dat het Engels van het lab waar ik heen zou gaan best goed was. De professor kon zich misschien niet altijd helemaal uiten, maar dan wist iemand anders hem wel te helpen. En aangezien het lab toch mijn hoofdbestemming is, was ik gesterkt door die gedachte en heb ik me er weinig zorgen om gemaakt. Dat bleek toch wel een beetje tegen te vallen.


De eerste paar dagen in Napoli was ik nog toerist, dus toen maakte het allemaal nog niet zoveel uit. Ik redde me aardig in het Engels en sprak toch nog vrijwel niemand. Eerlijk gezegd sprak ik zelfs bijna meer Spaans dan Engels die eerste dagen. In het hostel waar ik verbleef, zaten Latijns-Amerikaanse toeristen en in de trein kwam ik een Italiaan tegen, die Spaans sprak. Heel gezellig allemaal. En toen ging ik op maandag naar het lab. Het WhatsApp-gesprek dat ik met één van mijn nieuwe collega's had gehad, was goed verlopen, dus nog geen reden tot zorg. Diezelfde collega begroette me hartelijk toen ik binnenkwam en na te vragen hoe het ging, was haar derde opmerking een verontschuldiging: "Sorry, ik spreek niet zo goed Engels.". Nou valt het ergens nog best mee, maar zij is dan ook wel direct één van de beteren in Engels. De collega, met wie ik de meeste tijd zou doorbrengen de eerste weken, omdat de rest op veldwerk ging, kon amper een goede zin vormen.Flesje van de Wageningen University op het lab van de Napolitaanse Universitet
WUR meets Unina

Types mensen

Hoe moeilijk ze het ook vond, ze probeerde het wel. En al vrij snel toen we samen waren, zei ze: "Als ik een fout maak, moet je me verbeteren, hoor!". Kijk, dat is nog eens een instelling! Aangezien ik in het lab vooral meekeek en nog niet veel kon en mocht doen, werd het dan ook meer een taal-uitwisseling dan een stage op wetenschappelijk gebied. Ik leerde haar vooral Engels en zij leerde mij zo nu en dan Italiaans. Dat is echt heel fijn, want ze gaat met enorme sprongen vooruit en dat maakt het niet alleen makkelijker communiceren, het is ook heel leuk om te zien. Na iedere pauze en na het weekend, merk ik dat we weer wat moeten inhalen, maar we kunnen inmiddels behoorlijke gesprekjes voeren. Dat ligt grotendeels ook aan haar wil. Zoals ik al zei, wordt hier namelijk ook vaak opgemerkt dat ik geen Italiaans spreek. Meestal tot verbazing van mijn gesprekspartner. En daarna blijkt meestal welk type mens ik tegenover me heb.

Zoals mijn collega zijn er de probeerders. Hoe moeilijk ze het ook vinden, ze proberen me in het Engels te benaderen en gooien er als ze het niet weten wat Italiaans tussendoor. Of roepen iemand die het beter kan dan zij. Hele fijne types vind ik dit, want samen komen we er meestal wel. En zo niet, helpt die ander of eventueel Google Translate wel. Probleem is wel dat ze vaak uitgelachen worden. In de kerk waar ik een paar keer geweest ben, zit zo'n probeerder. Het lukte hem niet eens te vragen wat ik studeer (hij verving "wat" voor "wie", erg verwarrend), maar hij blijft zijn best doen. En zijn kerkgenoten blijven hem erom uitlachen. Zonde, want deze mensen leren het wel, juist door het te doen. Zo probeer ik het namelijk ook met het Italiaans. En dat vertel ik ze ook steeds. Jij doet in het Engels, wat ik in het Italiaans doe. Ik ben er blij mee, want dan ben ik niet de enige die stuntelt. Anderen weigeren namelijk te stuntelen en maken alleen maar gebruik van Google Translate. Het makkelijke hieraan is, dat we er zeker uit komen, want Google knows it all. Nadeel is, dat het persoonlijke eraf gaat en dat we er allebei weinig van leren. Het is echter nog steeds beter dan de zwijgers. Deze mensen praten gewoon niet tegen mij, omdat ze weten dat ik weinig Italiaans spreek. Ze negeren me niet, kijken me zelfs vaak aan, maar gebruiken alleen maar de tolk die er is of in afwezigheid daarvan, blijft de interactie bij kijken. Zo gaat het met veel jongere kinderen in de kerk, maar ook met een huisgenoot. Ze denkt dat ik er niks van begrijp en zegt steeds dat we maar moeten wachten tot de andere huisgenoot thuis is, die kan beter Engels. Zij is alleen bijna nooit thuis, dus dat is best lastig. Last but not least, heb je nog de pure Italianen. Zij malen er niet om dat ik geen Italiaans spreek en praten gewoon gezellig Italiaans met me. En dat is met wisselend succes. De één past zich namelijk wel in zoverre aan door sloom te praten en te gebaren, dat ik het begrijp, terwijl de ander me volledig als Italiaan ziet en behandelt. En dat lukt me toch echt niet altijd.

Resultaat van mijn taaltest was A2
Resultaat van mijn taaltoets

Mijn vaardigheden

Na deze beschrijvingen ben je misschien wel benieuwd wat mijn niveau nou eigenlijk wel is. Laat ik beginnen door te zeggen, dat Spaans mijn grootste vriend is hier. Ok, naast Google Translate misschien. Het Spaans en Italiaans lijken echt sterk op elkaar en daarom kan ik ze soms best heel goed volgen. Sommige gesprekken (vooral als ze over mij gaan) kan ik volledig verstaan en ook de preken gaan tot nu toe aardig. Andere gesprekken ontgaan me echter volledig. Vooral de meer specifieke dingen versta ik echt niks van. Als ik van tevoren al een aanknopingspunt heb en de hele tijd volledig geconcentreerd blijf, lukt het meestal wel. Dat is echter wel vermoeiend. Voordeel is wel, dat als ik moe ben, ik dus zonder moeite dat Italiaanse gekakel uit mijn hoofd kan bannen. Dat Spaans zorgde er ook voor dat ik in mijn taaltoets voorafgaand aan de stage een niveau van A2 haalde (bij dit niveau begrijp je korte zinnen en kun je informatie uit teksten halen), wat mij enorm verbaasde. Maar zoals ik de mensen hier ook steeds op het hart druk: ergens ben ik wel blij dat ze hier zo slecht Engels spreken; ik leer daar sneller Italiaans van, namelijk! En dat wil ik wel heel graag, want ik zie mezelf toch ook graag als probeerder.


Op deze website zal ik regelmatig een update plaatsen over mijn leven en stage in Italië. Mijn avonturen in Napoli: de stad van de maffia, waar je vuilnis niet opgehaald wordt en het weer heerlijk moet zijn. Vooroordelen of de waarheid? Ik hoop het je te vertellen. Als ik de tijd vind, post ik ook nog andere dingen, dus kom regelmatig een kijkje nemen!



Reacties